Oppositie vernietigend na oordeel rechter over coronamaatregelen: “Ongelofelijke blamage”, minister Verlinden gaat in beroep
Minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) tekent onmiddellijk beroep aan tegen het oordeel van een Brusselse rechter over de onwettelijkheid van de coronamaatregelen. “Blamage voor de regering” en “een ongeluk dat moest gebeuren” klinkt het vanop de oppositiebanken. Vanuit de meerderheid wordt opgeroepen om het oordeel van de rechter aan te grijpen om werk te maken van een betere wettelijke basis.
Minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) heeft beslist om onmiddellijk in beroep te gaan tegen het oordeel van de rechter, dat deelt ze mee in een reactie in de kamer: “Eerder oordeelden de Raad van State en een aantal rechtbanken dat de huidige wettelijke basis wel degelijk voldoet als rechtsbasis voor het ministerieel besluit.” Ze wil ook benadrukken dat het vonnis van de rechtbank niet betekent dat de maatregelen niet meer nageleefd moeten worden.
Volgens Verlinden zou een pandemiewet in de Kamer een meerderheid achter zich krijgen, maar ze waarschuwt voor de juridische gevolgen van het ministerieel besluit in een wet te gieten. “Als je een wet maakt, kan je die niet meer bij de Raad van State aanvechten. Het zou betekenen dat je naar het Grondwettelijk Hof moet en die kan niet in kortgeding werken”, zegt Verlinden in “Terzake”.
De bespreking van het voorontwerp voor de pandemiewet deze middag viel toevallig samen met het oordeel van een Brusselse rechter over de wettelijke basis van de coronamaatregelen. De oppositie riep op om premier Alexander De Croo meteen ter verantwoording te roepen, maar het was minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden die de kritiek moest vangen in de speciale zitting.
De uitspraak van deze middag was een “ongeluk dat moest gebeuren” volgens N-VA fractieleider Peter De Roover: “Datgene waar ik al maanden voor waarschuw, is gebeurd. De premier had op 31 januari nog verklaard geen bijkomende juridische onzekerheid te willen toevoegen (met een pandemiewet, red). Hoe wrang klinkt dat vandaag? Elke week hiervoor gewaarschuwd, maar ik hoor enkel hooghartig schouderophalen.”
“Door de regering dertig dagen de tijd te gunnen heeft de rechter de regering misschien behoed voor de totale chaos tenzij dit vonnis het startschot is voor een vloedgolf aan processen”, voegt De Roover nog toe en hij richt zich ook nog rechtstreeks tot de premier en minister Verlinden: “De politieke schade is gigantisch. Wat een blamage. Mag ik u vragen hoe u uw eigen functioneren tegen deze achtergrond beoordeelt?
Ook Barbara Pas, fractieleider voor oppositiepartij Vlaams Belang in de Kamer vindt het “een ongelofelijke blamage voor de regering” maar vreest ook dat de minister nu halsoverkop tewerk zal gaan om een wettelijke basis te voorzien voor de maatregelen: “Hoop dat het vonnis geen argument zal zijn om de pandemiewet te snel goed te keuren want er is nog veel werk aan.”
“Ik heb in oktober zelf vragen gesteld in het parlement of er wel voldoende juridische basis is voor de maatregelen”, reageert kamerlid van de meerderheid Stefaan Van Hecke (Groen). “We hebben geen lessen te leren over bescherming van grondrechten. Laten we er samen voor zorgen dat we met de pandemiewet naar stevigere juridische basis gaan.”
Minister Verlinden is de enige die haar handtekening zet, maar ministeriële besluiten wel door hele overlegcomité goedgekeurd
CD&V fractieleider Servais Verherstraeten trekt ook lessen uit het vonnis: “Toont aan dat door de diversiteit onder magistraten een pandemiewet nodig is.” Hij neemt het wel vurig op voor zijn partijgenoot, minister Annelies Verlinden: “Ja, ze is de enige die ministeriële besluiten tekent, maar wat daaraan voorafgaat is een beslissing van de voltallige federale regering en de deelstaten in het overlegcomité.”
Voor de redactie en & front montage: Bernard Decock -Bron: VRT- NWS