TTC Sint-Denijs speelt 35 jaar pingpong
De tafeltennisclub van Sint-Denijs viert dit jaar zijn 35ste verjaardag. Voor de gelegenheid vulden, zaterdag 7 april, vele genodigden OC Ter Streye. Huidige leden en ex-leden konden samen met het bestuur, burgemeester Marc Doutreluingne en de afgevaardigden van de Vlaamse Tafeltennisliga (VTTL) Jacques Denys en Wilfried ‘T Jonck het glas heffen op dit koralen jubileum.
De club wordt al 35 jaar geleid door voorzitter Hans Desmet & secretaris Johan Deconinck en telt 6 leden Hans, Johan, Dirk, Rezi, Nico en Pascal. Dit maakt van TTC Sint-Denijs de kleinste ploeg in de provincie en waarschijnlijk ook van het land. Het kernwoord is vriendschap en samen deden de leden meer dan pingpong. Zo waren er de fuiven in Siola, de afvaarten van de Lesse, karnavalbals, deelname aan reuzestoeten, papierslagen, kaartingen en het zeker op vandaag alomgekende mosselfestijn dat dit jaar doorgaat op 9 december. Samen slaan ze ook wel eens een forel aan de haak en van volksspelen wordt er al evenveel genoten.
Straffe pingpongvrouwen
“Pingpongvrouw, een niet te onderschatten titel.” zo begint Ann Desmet haar toespraak, “Acht maanden van het jaar is er training tijdens de week én wedstrijd tijdens het weekend … wat wil zeggen dat je op zaterdag niets moet regelen want het is pingpong. Maar gelukkig is er meestal après pingpong … ook voor ons. Als toffe bende zou het raar doen om te stoppen, we zouden verloren lopen. Wij pingpong vrouwen zijn trots op onze pingpongmannen en feliciteren ze graag met ons cadeau.”
Dansen voor de eerste tafels
Hans Desmet & Johan Deconinck speelden in hun jeugdjaren te Spiere. In de jaren tachtig kwamen ze op het idee een club te starten in Sint-Denijs maar hadden daar de financiële middelen niet voor. Het organiseren van twee thés dansants in TAP te Sint-Denijs bracht genoeg op om de eerste twee tafels te kopen. Nu de aanschaf van twee tafels er was moesten deze ook nog worden neergezet en café Driwiski werd het eerste clublokaal. Op 2 juli 1983 konden de eerste balletjes officieel worden geslagen. In september werd reeds gestart in de provinciale interclub.
Secretaris Johan Deconinck : “Al snel groeide het ledenaantal en op een bepaald moment hadden we drie ploegen van 4 spelers en een 8-tal reserves denk ik. We speelden in vierde, derde en tweede nationale maar voelen ons best in de huidige 3de nationale reeks.”
Leden aan het woord
Pascal Quartier : “Ik herinner mij nog het laatste feest in feestzaal Siola. De pingpongleden waren aan het bestellen. Telkens we een bak met leeggoed afgaven kregen we een pint. Hoe later op de avond, hoe meer volk en na enkele bakken opkuis was ik lid.”
Dirk Lemarcq : “Van mijn 17 ben ik al lid. Ik deed mee aan de eerste competitie en na 34 jaar slaan we het balletje nog altijd raak. We hadden thuis een pingpongtafel waar je rondom een meter kon bewegen. In de TAP te Sint-Denijs zeg maar de parochiezaal kon je op zondag vrijblijvend spelen. Na een korte bespreking in de dorpskern ben ik begonnen.”
Rezi Vandenborre : ”Als ik 12 jaar was speelden we met vrienden in de garage thuis. Toen ik ging werken sprak Peter Matton me aan om in de club te komen.” Johan luistert mee en onderbreekt lachend: “Ja, we waren bij hem thuis en vergaten te vragen waarvoor we eigenlijk gekomen waren.” En Rezi gaat verder : “Ik belde de volgende dag om te vragen waarom ze eigenlijk waren langs gekomen. Buiten een bak bier leegdrinken was er verder niets gebeurd. Maar de inschrijving kwam er toch, al was dit een dagje later.
Ik heb deelgenomen aan het internationaal tornooi te Spanje. Door omstandigheden waren de Duitsers al weg en moesten we uitkomen tegen Italianen. We speelden samen met leden van Lauwe. Tien dagen weg en daarvan 3 à 4 dagen tornooi, het was de max.”
Nico Demets was leerling in het college van Avelgem en sloeg dikwijls een balletje mee. En van het ene kwam het andere. “Op de tafel thuis, samen met de buren, spelen tot het donker werd. Tot we samen zaten op een kermis, daar werd het eerste echte contact gelegd met de clubleden. Ik werd kort daarna lid en speel nu al 33 jaar mee of is het 34, nu vraag je me wat.”, zegt Nico lachend.
Ook Kurt Hoogstoel was erbij: “Ik heb nog mijn lidkaart bij met daarop het jaartal 1989. In Torhout deed ik stage om mee te doen aan de competitie. Ik speelde o.a. samen met André Vanhee en Peter Lanssens.
IDVK / Foto MDK
Tafeltennis zit in de lift en meerdere gemeenten moedigen deze sport aan. Wat voor miljoenen mensen in de hele wereld een ontspannende tijdspassering is, stelt als wedstrijdsport hoge lichamelijke en mentale eisen aan de spelers.